
Preventiekit 2026 met subsidie Faunaschade 2025

Vergoeding alleen bij juiste preventie
Een van de voorwaarden om in aanmerking te komen voor een tegemoetkoming bij faunaschade, is het nemen van preventieve maatregelen. Zo voorkom je (meer) schade. In het verleden stonden er vlaggen en linten in de faunapreventiekit. Deze staan er niet meer in. BIJ12 heeft onderzoek laten doen naar de effectiviteit van preventieve middelen, de effectiviteit, de inspanning en de kosten. Daar is de nieuwe faunapreventie kit uit voortgekomen zoals deze nu is. Als grondgebruiker moet je zelf ook maatregelen nemen om faunaschade te voorkomen. Als je geen preventieve middelen ingezet hebt, voldoe je niet aan de voorwaarden en krijg je geen tegemoetkoming.
Wat staat er in de Preventiekit?
De FPK is opgesteld door BIJ12 en bevat een overzicht van erkende, niet-dodelijke maatregelen om schade door dieren zoals dassen te voorkomen. Voor dassen gaat het vooral om fysieke wering. Afhankelijk van het gewas en de situatie kan dat zijn:
- een elektrisch draadraster dat laag bij de grond is gespannen;
- een fijnmazig elektrisch net (Euronet), met name geschikt voor kapitaalgewassen;
- een permanent ingegraven gaasraster dat voorkomt dat dassen zich onderdoor graven.
Deze maatregelen worden gezien als effectief en juridisch toegestaan. In veel gevallen zijn ze ook een vereiste als men bij schade een financiële tegemoetkoming wil aanvragen.
Heb je bijvoorbeeld een kapitaalintensief gewas, bijvoorbeeld fruitbomen, dan is bij schade, veroorzaakt door Bevers, een raster vereist. Staat deze er niet, dan maak je het de bever wel heel makkelijk, zo is de gedachte, en voldoe je niet aan de voorwaarden voor tegemoetkoming.
Faunapreventiekit
Zo is in de faunapreventiekit te vinden voor welke diersoort en bij welk gewas middelen nodig zijn. Er zijn drie soorten gewassen:
- Kwetsbare gewassen (en soms kwetsbaar tot een bepaalde periode of fase), hier zijn twee preventieve maatregelen nodig (akoestisch en/of visueel)
- Kapitaal intensieve gewassen 2 preventieve maatregelen (akoestisch en/of visueel) en een raster bij schade door zoogdieren
- Overige gewassen (bijvoorbeeld blijvend grasland) Hier zijn geen preventieve maatregelen nodig.
Bij de faunapreventiekit vindt u een tabel met gecategoriseerde gewassen. In deze tabel ziet u per gewas in welke categorie het valt.
Preventiekit Faunaschade – BIJ12
Provinciale subsidie: financiële steun voor preventie
De Provincie Limburg heeft een subsidieregeling opengesteld van 15 april t/m 19 december 2025 voor grondeigenaren, grondgebruikers en dierhouders in Limburg. Deze regeling ondersteunt preventieve maatregelen tegen schade door in het wild levende beschermde diersoorten, zoals dassen en wolven. Dit geldt voor maatregelen die in de FPK zijn opgenomen en heeft als doel schade zoveel mogelijk te voorkomen in plaats van achteraf te vergoeden.
Aanvragen vóór aanschaf of aanleg
Belangrijk is dat de subsidie vóór aanschaf of aanleg van een maatregel wordt aangevraagd. Alleen maatregelen die correct zijn uitgevoerd en voldoen aan de eisen uit de FPK komen in aanmerking voor vergoeding. Denk hierbij aan het juiste type raster, de vereiste plaatsingshoogte, het correct ingraven van gaas en voldoende documentatie.
Let op:
Controleer dus voor aanschaf en aanvraag goed of de maatregelen die u wilt nemen subsidiabel zijn en de hoogte van de subsidie. Om voor subsidie in aanmerking te komen, moet de maatregel aantoonbaar bijdragen aan het voorkomen van schade en in stand worden gehouden gedurende een periode van ten minste vijf jaar.
Subsidiebedragen en voorwaarden
De hoogte van de subsidie is afhankelijk van het soort maatregel waarvoor een aanvraag wordt ingediend. Voor maatregelen ter voorkoming van schade aan landbouwgewassen kan een vergoeding worden verstrekt tot maximaal 80 procent van de subsidiabele kosten, met een plafond van € 15.000 per grondgebruiker of perceel. Voor wolfwerende maatregelen geldt een maximale subsidie van € 20.000 per aanvrager, gebaseerd op vaste normbedragen per dier of per strekkende meter afrastering. Hierbij worden aparte bedragen gehanteerd voor vaste, verplaatsbare of aangepaste afrasteringen. In alle gevallen geldt dat de subsidie niet wordt verstrekt indien het bedrag lager is dan € 1.500.