Strengere controle twee Brabantse Omgevingsdiensten op regels mestopslag

Naast een actievere controle gaan de twee Omgevingsdiensten ook strenger optreden. De opslag van kuilvoer, champost, plantenresten, compost en mest moet aan verschillende regels voldoen, aldus een toelichting van de Omgevingsdiensten. Vaste mest die langer dan twee weken en korter dan zes maanden is opgeslagen, moet afgedekt zijn. Bijvoorbeeld met een zeil. Onder deze opslag ligt een laag die vocht absorbeert.
Langer dan zes maanden
Opslag langer dan zes maanden moet op een aaneengesloten betonnen verharding met opstaande randen. Daarbij mag het vocht niet van de opslag af kunnen (opslag onder afschot), tenzij met afwatering naar een aparte put.
Oppervlaktewater
Als een mestzak in de buurt van oppervlaktewater ligt, dan moet deze zijn voorzien van een dijklichaam. De aankoppelpunten van een mestzak moeten een opvangvoorziening hebben voor gemorste meststoffen, zoals een ingegraven kuip die regelmatig en tijdig geleegd wordt.
Kuilvoeropslagen
Oude kuilvoeropslagen waaruit perssappen kunnen lekken, moeten vanaf 1 januari 2026 voldoen aan wettelijke eisen. Deze moeten dan zijn opgeslagen boven een elementenvoorziening, bijvoorbeeld een betonnen ondervloer of stelconplaten. Met een afwatering van perssappen naar een aparte opvangvoorziening, zoals een opvangput of de mestkelder.
Maatregelen bij overtreding
De Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant (OMWB) en de Omgevingsdienst Zuid-Oost-Brabant controleren vanaf 1 januari of boeren zich aan de milieuregels voor opslag van mest buiten het bedrijfsterrein houden. „De controles zullen onaangekondigd worden gehouden”, aldus de Omgevingsdiensten. „Een overtreding wordt ingeschaald volgens de Landelijke Handhavingsstrategie (omgevingsrecht). Afhankelijk van de uitkomst volgen maatregelen. Meestal krijgt een ondernemer bij een overtreding eerst een waarschuwing en tijd om de situatie te herstellen. Bij opzet of wanneer de gevolgen voor het milieu ernstig zijn, kan er meteen een proces-verbaal, dwangsom en een korting op de GLB-inkomenssteun volgen.”
Melding bij RVO en NVWA
Overtredingen worden gedeeld met de NVWA en de waterschappen, melden de Omgevingsdiensten verder. „Omdat dit soort overtredingen ook een niet-naleving van een randvoorwaarde binnen het Gemeenschappelijke Landbouwbeleid is, zijn omgevingsdiensten verplicht om deze te melden aan de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO).” RVO kan vervolgens een korting op de betalingsrechten opleggen.

Tekst: Erik Kruisselbrink
Is als freelance vakbladredacteur van vele markten thuis.
Beeld: Omgevingsdienst Midden-, West-Brabant