‘Omwonenden veehouderij klagen te snel over stank’

Zo’n 85 procent van de mensen die hun stem uitbrachten is het eens met de stelling: ‘Omwonenden van veehouderijen klagen te snel over stankoverlast’. Hiervan vindt ongeveer 40 procent dat wanneer je op het platteland woont, de mestlucht er nu eenmaal bij hoort. Stemmer Joke zegt hierover: ‘de buurman zegt altijd: wie agrarisch wil wonen moet ook agrarisch ruiken’. 28 stemmers vinden dat boeren al genoeg doen om de overlast van mestlucht in te perken. Ruim een kwart van de mensen die hun stem uitbrachten vindt dat burgers ‘altijd wat te klagen hebben al het om boeren gaat’.

‘Slecht onderhoud luchtwassers’

In totaal zijn 24 mensen die gestemd hebben het oneens met de stelling. Hiervan vinden 4 mensen dat de overlast van mestlucht de afgelopen jaren alleen maar is toegenomen. De rest van de stemmers stelt dat omwonenden van veehouderijen het recht hebben om hun beklag te doen over stankoverlast. Stemmer Jan zegt dat ‘te veel luchtwassers uitstaan of niet goed functioneren door slecht onderhoud’, laat hij in een reactie op de website weten. Volgens hem zouden burgers veel toleranter zijn wanneer ‘de varkenssector het stankprobleem serieus op zou lossen’.

Peter Visser vindt dat ‘de stankoverlast slechts een deel van een groter probleem is’. Volgens hem zijn er te veel dieren (hij richt zich in zijn reactie op varkenshouders) in Nederland en worden ‘vee-industrieën door de overheid en het maatschappelijk systeem gedwongen tot expansie’. Hij stelt dat ‘de veehouders en de groene beweging samen een vuist moeten maken tegen de overheid en het maatschappelijk systeem met onder andere als doel om van veehouders weer boeren te maken’.

Schadevergoeding

Aanleiding voor deze stelling was dat een melkveehouder uit Sint-Oedenrode wellicht tienduizenden euro’s planschadevergoeding aan twee van zijn buren moet betalen. De buren klaagden dat zij door de bouw van een mestvergistingsinstallatie meer stankoverlast zouden krijgen. De melkveehouder ging hiervoor in hoger beroep bij de Raad van State.