In Alm en Biesbosch geen normoverschrijding gewasbeschermingsmiddelen

„De telers mogen trots zijn op dit resultaat”, zegt Jenneke van Vliet, projectleider Schoon Water voor Brabant. Deelname aan het project is op vrijwillige basis, maar volgens Van Vliet doen de meeste loonwerkers en akkerbouwers uit het gebied mee aan het project dat sinds 2010 daar loopt.

Aardappelteelt

Loonwerkers en akkerbouwers uit Alm en Biesbosch kwamen van oudsher al bij elkaar in de vorm van een studiegroep. Deze bestaat uit zo’n 35 deelnemers. „Wat er nu gebeurt is dat tijdens de bijeenkomsten een Delphy-adviseur aanwezig. De adviseur gaat ook mee het veld in”, legt Van Vliet uit. Samen met de deelnemers wordt onder andere besproken welke stoffen er meer risico hebben op uitspoeling en welke stoffen langzaam afbreken in het water. „De adviseur bekijkt samen met de telers of deze specifieke stoffen vermeden kunnen worden en of er een alternatief is. Daarnaast is er aandacht voor of er lagere doseringen gereden kunnen worden door op het juiste moment te spuiten. Wat in deze groep belangrijk is, is de aardappelteelt. Er is bijvoorbeeld besproken hoe vaak er gespoten moet worden tegen phytophthora in een periode waarin je alsmaar droogte hebt. Het blijkt dat telers die gebruik maken van een BOS (beslissingsondersteunend systeem, red.) regelmatig een bespuiting uitsparen.”

De deelnemers hebben de afgelopen jaren ook veel gekeken naar de ontwikkelingen op het gebied van spuittechnieken. „Op dat gebied is natuurlijk heel veel gaande geweest, denk maar aan drukregistratie”, zegt Van Vliet. Ze ziet dat telers investeren in drift-reducerende technieken. Daarnaast zijn loonwerkers en akkerbouwers aan de slag gegaan met het aanpakken van erfemissie.

Mechanische onkruidbestrijding

Het project loopt in principe tot 2020. „Maar de provincie en de waterschappen zijn nu aan het bekijken hoe ze een vervolg kunnen geven aan het project.” Volgens Van Vliet zijn er nog genoeg onderwerpen waar de studiegroep in Alm en Biesbosch mee aan de slag kan. „Wat bijvoorbeeld de laatste jaren weer veel actueler wordt in de aardappel is een andere schimmel: de altenaria. Daarvoor worden nu middelen ingezet die behoorlijk kunnen uitspoelen. Daar is nu nog geen goed alternatief voor. Samen met de telers volgen we daarom de laatste ontwikkelingen en bekijken we welke mogelijkheden, zoals sneltesten, er komen om uiteindelijk minder preventief te hoeven spuiten.”

De projectleider ziet ook een „hernieuwde belangstelling” voor mechanische onkruidbestrijding in bijvoorbeeld bieten, aardappels en maïs. „We willen samen met loonwerkers en akkerbouwers kijken wat er bijvoorbeeld op het gebied van gps of camerabesturing mogelijk is.”

Eisen

Waar er in de afgelopen drie jaar geen normoverschrijdingen werden geconstateerd, was dat daarvoor wel het geval volgens Van Vliet. De precieze oorzaak van waarom er de afgelopen drie jaar geen normoverschrijdingen van gewasbeschermingsmiddelen waren, is lastig vast te stellen. Dat laat waterschap Rivierenland weten. Maar ‘dat de eisen voor driftreductie zijn verhoogd naar 75 procent op het hele perceel en dat van enkele stoffen die veel risico op af- en uitspoeling geven, toelatingen inmiddels zijn ingeperkt of vervallen’, heeft volgens Rivierenland hier wel aan bijgedragen.