Gemeente Sint Anthonis moet opgelegde dwangsom voor vermeende mesthandel terugtrekken

De eigenaar van een leegstaand varkensbedrijf aan de Gemertsebaan in Landhorst (NB) kreeg in juni 2017 de gemeente op zijn dak toen die er lucht van had gekregen dat mest van derden werd opgeslagen en afgevoerd. Dat mocht niet volgens de vergunning. De beschuldiging bleek terecht. De drijfmestkelders onder twee stallen moesten worden leeggezogen. Om herhaling te voorkomen legde de gemeente aan de eigenaar, Vughts uit Haaren (NB) die het bedrijf verpacht, een gepeperde dwangsom op.

Vloeistofniveau

Hij moest 30.000 euro gaan betalen voor elke week dat mest van andere bedrijven zou worden opgeslagen. De dwangsom kon oplopen tot 300.000 euro. Sint Anthonis liet in november 2017 twee keer een controle uitvoeren. Daarbij bleek dat het vloeistofniveau in de centrale mestkelder met twintig centimeter was gestegen. Volgens de gemeente was er in het leegstaande varkensbedrijf zeventig kubieke meter mest bij gekomen. Dat kwam de eigenaar te staan op twee dwangsommen van in totaal 60.000 euro.

Maar de eigenaar vocht de invordering van dit bedrag met succes aan bij de rechtbank Oost-Brabant. Die vond het verhaal aannemelijk dat het niveau in de mestkelder omhoog was gegaan omdat de pachter een paar stallen had schoongemaakt. Het water met mest was in de mestkelder geloosd. De rechtbank vond dat de gemeente moest aantonen dat mest naar de Gemertsebaan is aangevoerd. Volgens de rechtbank is de gemeente daar niet in geslaagd. Sint Anthonis legde zich niet neer bij deze uitspraak en ging in april in hoger beroep bij de Raad van State. Die kwam woensdag tot dezelfde conclusie en wees het hoger beroep van de gemeente af.