Brabantse boeren spreken zich uit over nieuw provinciebestuur: ‘niet vooruit lopen, innovaties serieus nemen’

Karla Peijs, die samen met Lambert Verheijen als informateur is aangesteld, is ervan overtuigd dat Noord-Brabant nog voor het zomerreces een nieuw provinciebestuur heeft. Naast de zittende partijen VVD en CDA zouden hier de ‘oude’ coalitiegenoten D66, GroenLinks en PvdA bij aanschuiven. Volgens de informateurs zijn deze vijf partijen – samen goed voor 32 van 55 zetels in Provinciale Staten - het meest gelijkgestemd over waar het met de provincie naar toe moet.
Om tot een akkoord te komen onderhandelen de partijen momenteel over een aanvulling op het huidige bestuursakkoord 'Samen, Slagvaardig en Slim: Ons Brabant’, opgesteld door VVD, CDA, Forum voor Democratie en Lokaal Brabant, de coalitie die in mei 2020 aantrad maar in mei van dit jaar strandde. Gebieden waar de vijf beoogde coalitiepartijen nu over praten zijn landbouw, natuur, water en het stikstof-vraagstuk, de energietransitie, vrije tijd, cultuur, erfgoed en sport, alsmede de leefbaarheid als onderdeel van brede welvaart.
Groeiende kloof
Ook in Brabant is het door de versplintering van de politiek volgens Jos Verstraten, bestuurslid vakgroep melkveehouderij van LTO Nederland, steeds moeilijker een coalitie te vormen. „We zien steeds meer partijen, het is lastig om tot een meerderheid te komen. De keuze wordt steeds kleiner.”
De melkveehouder uit Westerbeek proeft in zijn eigen omgeving „dat mensen door het gerommel in Den Haag, Brabant en Limburg klaar aan het raken zijn met de politiek”. Dat de kloof tussen politiek en burger -en dus ook de boer - groeit, omschrijft hij als ‘zorgwekkend’.
Nieuw provinciaal beleid ziet hij als onwenselijk. „Ik denk dat ‘Den Bosch’ de provinciale ambities moet loslaten en moet aansluiten bij de landelijke politiek.” Er is volgens Verstraten ook behoefte aan een goede regie. „Ja, een tandje terug zou plezierig zijn.”
Halvering uitstoot
„We moeten niet naar een halvering van de veestapel, maar naar een halvering van de uitstoot”, zegt Peter van Roessel, die in Haarsteeg een melkveebedrijf met zorgboerderij heeft. „Dat is wat we bij de politiek los moeten krijgen”. Hij rekent erop dat het CDA zich hard maakt voor de boeren. „Ik ga ervan uit dat de afspraken in Brabant over het opschuiven van de stalaanpassingen blijven staan.” Hij doelt erop dat de uiterste datum voor het aanpassen van stallen 1 januari 2024 is. Over de aanpak van stikstof worden in de kabinetsformatie landelijke maatregelen afgesproken.
Veehouders zullen in de ogen van Van Roessel moeten anticiperen. „Er is nog zoveel mogelijk. Nut alle mogelijkheden eens uit.” Zelf heeft hij een succesvol systeem van dagontmesting ontwikkeld (mestscheiding aan de bron, opslag in mestzakken, affakkelen van mestgassen), waarmee een grote reductie aan uitstoot van ammoniak en methaan wordt bereikt. De melkveehouder ziet het als een geschikt oplossing voor veel collega veehouders. „Er is veel belangstelling voor; ik krijg elke week wel een veehouder op bezoek.”
Innovaties benutten
Eric Stiphout, varkenshouder en POV-bestuurslid, toont zich verrast dat het erop lijkt dat de in 2020 uiteengevallen coalitie met dezelfde partijen terugkeert. „Wordt het oude wijn in nieuwe zakken?”, vraag hij zich hardop af. „Het is afwachten wat het programma wordt, maar over het programma van die coalitie waren wij niet zo enthousiast”, zegt de varkenshouder uit Sambeek.
Stiphout hoopt op een provinciebestuur dat meer ondernemersvriendelijk is. „Ik verwacht dat het CDA en de VVD zich daar hard voor maken. Ze weten daar heel goed hoe gevoelig het allemaal ligt.” Extra provinciale maatregelen vindt hij uit den boze. „Wat er nu ligt, is allemaal al lastig te halen. Daar hoeft echt niets meer bij.”
Schade aangericht
„Het zal er veel vanaf hangen wat er in het programma komt”, zegt ook Gerbert Oosterlaken. De innovatieve varkenshouder uit Beers wijst erop dat het beleid van de voormalige gedeputeerden Johan van Hout (SP) en Annemarie Spierings (D66) veel schade heeft aangericht in de agrarische sector. “Die gaven de indruk dat landbouw en food-gerelateerde bedrijven niet belangrijk zijn.”
Extra provinciale regels acht Oosterlaken ongewenst. „Ecologie is belangrijk, maar ik hoop dat het nieuwe provinciebestuur economie toch voorop stelt en dat innovatieve bedrijven de kans krijgen.” Hij hoopt dat met name het CDA op dit punt de rug recht houdt. „Mij lijkt het logisch dat het nieuwe bestuur doorgaat op de ingeslagen weg.”
Tekst: Henny Lenkens
Beeld: Ellen Meinen