Raad van State schiet jong boerengezin te hulp in subsidiesoap

Eerder wees de provincie Noord-Brabant de subsidieaanvraag om een puur bureaucratische reden van de hand. Immers, het gezin voldeed inhoudelijk aan alle en formeel aan bijna alle subsidieregels. Toch wees de provincie de aanvraag af, omdat volgens de provincie op het aanvraagformulier niet de juiste naam bij het kopje “bedrijfshoofd” was ingevuld.
Familie de dupe
De Raad van State vindt met zoveel woorden dat Brabant spijkers op laag water zocht. En daar mag de familie Schots niet de dupe worden, temeer de subsidieregeling bij uitstek voor hun biologische natuurvriendelijke melkveehouderij is bedoeld, zo blijkt uit de uitspraak. Bovendien twijfelt de Raad er sterk aan of de familie Schots wel een vormfout heeft gemaakt met de aanvraag. Het gezin Schots nam in 2014 de melkveehouderij van Lia’s oom Albert Vink over. Want Albert had geen kinderen en had aan alle neven en nichten in de familie gevraagd of iemand de boerderij wilde voortzetten. Na een paar jaar boeren vroeg Schots begin 2019 de subsidie innovatie- en natuursubsidie van het RVO (Rijksdienst Voor Ondernemend Nederland) aan. Die wees de provincie subiet af. Want volgens Noord-Brabant was oom Albert bij het indienen van de aanvraag in 2018 nog steeds “bedrijfshoofd” van de veehouderij, terwijl hij dat tijdens de behandeling van de aanvraag in 2019 niet meer was.
Subsidiepot leeg
Volgens de Raad had de provincie kunnen weten dat oom Albert al sinds 2014 niet meer op het bedrijf werkte en begin 2019 met terugwerkende kracht naar september 2014 als maat was uitgeschreven. Kortom, Lia en Paul waren al sinds de overname in 2014 de eigenlijke bedrijfshoofden die recht hebben op subsidie. De provincie zal nu een nieuw besluit over de subsidieaanvraag moeten nemen. Mocht ze die om wat voor reden dan ook weer afwijzen (volgens de provincie is de subsidiepot al lang leeg), dan kan de familie Schots direct in beroep bij de Raad van State.
Wordt vervolgd.
Tekst: Jan van Ommen
Beeld: Ellen Meinen